Jantje's offer Afdrukken
tekst : O. Zeegers, muziek : W. Kerkhof
Kleine Jan wou voetbal spelen "Moeder," zei hij, "mag ik gaan ?"
En de bal in bei zijn handen bleef hij bij haar ziekbed staan
Even trilden moeders lippen, ach, hoe piepte moeders borst
Zachtjes hoorde 't ventje stamelen "Jongen, moeder heeft zo'n dorst !"

En buiten riepen z'n makkertjes "Zeg Jantje! Kom je nou haast ?
We gaan weer voetbal spelen, dat lollige balspel van laatst !"

"Moeder, 'k zal je drinken geven" Jantje lei z'n voetbal neer
Haastig liep hij naar de keuken, kwam met een glas water weer
Moeder sloot bedroefd de ogen schudde zwakjes met haar hoofd
"Vader," zei ze "heeft vanmorgen sinaasapp'len mij beloofd"

Jantje schrok.- Wat kon dat wezen ? Vader was een jaar al dood
En ze leefden nu al maanden in de allergrootste nood !
Dagen was er al geen geld meer sinaasappelen waren duur
Die goedkope van beneden waren slecht en naar en zuur

refr.

Eensklaps schoot hem iets te binnen en hij greep zijn voetbal op
Toon, een buurjongen van boven, wilde 'm kopen voor een pop
Als ie zóveel geld bijeen had, honderd centen ! wat een schat !
Kon ie de mooiste appelen koppen die de groentewinkel had !

Heel voorzichtig sloop toen Jantje met zijn bal de kamer uit
Toen ie na 'n kwartier terug kwam had ie 'n mandje vol met fruit
"Moedertje ! kijk nu eens even, kijk mij nu eens even aan !"
Maar 't bleef stil - z'n moeder keek niet… rustig was ze heengegaan

refr.

In het huis van kleine Jantje hingen de gordijnen neer
Zwarte mannen, naar en somber liepen haastig heen en weer
En er kwam een zwarte wagen en er kwam een zwarte kist
Eind'lijk kwam ook kleine Jantje van wiens offer niemand wist

En buiten stonden z'n makkertjes heel ernstig en droef bij elkaar
En namen netjes de petjes af voor Jantje z'n moeder d'r baar